“Maximaal profiteren van ideeën en uitvindingen”

De Beroepsopleiding Octrooigemachtigden bestaat 25 jaar. Oud-voorzitter Ton Tangena kijkt met trots terug op de oprichting van de opleiding. “De reden om de opleiding op te richten was om in Nederland een opleiding aan te bieden die zich met de beste opleidingen in Europa kan meten of die zelfs beter is. Dat is gelukt: men keek in Europa zelfs jaloers naar onze opleiding. Zo hebben bijvoorbeeld Noorwegen en Hongarije aan mij om nadere informatie gevraagd. Dat geeft wel aan hoe sterk de opleiding is neergezet.”  

Een opleiding opzetten is één ding, maar diezelfde opleiding op hoog niveau houden vraagt ook veel inspanning. Tangena: “We hebben de opleiding bij de tijd kunnen houden en proactief zaken als online presentaties ontwikkeld. Covid vond ons voorbereid. Ook in het geval van een nieuwe ontwikkeling als het Unified Patent Court (UPC) hebben we door extra acties vele mensen het certificaat UPC kunnen bezorgen.”

Uitgebreid adviseren

“De opleiding is zeer breed ingestoken en levert goed opgeleide octrooigemachtigden af”, stelt Tangena. “Daarbij is met name van belang dat onze gemachtigden uitgebreid kunnen adviseren hoe het IE-systeem optimaal gebruikt kan worden om maximaal te profiteren van ideeën en uitvindingen. Het doel is dan ook nog steeds om de beste octrooigemachtigdenopleiding in Europa aan te bieden, rekening houdend met nieuwe ontwikkelingen in Nederland, Europa en de wereld, zoals UPC en het nieuwe EQE examen.” Daarvoor hebben we de beste mensen in hun vakgebied in Nederland bereid gevonden als tutor aan de opleiding deel te nemen.

Breed referentiekader

Waarom zou een octrooigemachtigde de beroepsopleiding moeten volgen? Tangena: “Omdat zij de wetten moeten kennen, maar vooral omdat ze ook goede adviseurs voor Nederlandse bedrijven en privé-uitvinders zijn zodat deze optimaal kunnen profiteren van hun ideeën en uitvindingen. Juist de breed opgeleide octrooigemachtigde heeft een goede toekomst. Ik geloof dat je voor het vak octrooigemachtigde logisch moet kunnen denken en een breed zakelijk referentiekader moet hebben, zodat niet alleen de uitvinding zelf maar ook brede toepassingen van de uitvinding geëxploiteerd kunnen worden. Daarbij kan AI een hulpmiddel zijn, maar dat is nooit doorslaggevend. Want AI gebruikt bekende ideeën en theorieën, terwijl een octrooi nieuw en inventief moet zijn. Voor de toekomst van de opleiding is het van belang dat er niet alleen naar Nederland wordt gekeken, maar dat er wordt ingespeeld op de nieuwe ontwikkelingen in de IE-wereld.”